Angst is een nuttige emotie die helpt om gevaar af te wenden zoals hard wegrennen bij gevaar. Als angst en paniek te nadrukkelijk en te langdurig aanwezig is in een situatie waarin daar geen reden voor is kan het zijn dat er een angststoornis is ontstaan. Bijna één op de vijf Nederlanders krijgt ooit in het leven een angststoornis. Het komt vaker voor dan u zou verwachten.
U heeft last van problemen met slapen, een bang voorgevoel, overmatige bezorgdheid, buikpijn, schrik- en vermijdingsklachten, prikkelbaarheid, nervositeit, spanning en onrust, hartkloppingen, trillen en transpiratie. Als u opeens meerdere klachten tegelijk heeft, voelt het als een aanval. Hierop kan angst ontstaan voor een nieuwe aanval. Of u gaat aanvallen voorkomen door u anders te gedragen of situaties te vermijden. U gaat vrienden minder zien, afspraken afzeggen of u stapt niet meer in de trein: de klachten beïnvloeden uw leven dan enorm.
Bij bloosangst, trilangst of zweetangst bent u bang voor uw eigen reactie, zoals blozen, trillen of zweten. Ook dan kan het zo zijn dat u situaties gaat vermijden.
Samenvattend: ongeacht om welke angststoornis het gaat, bij elke angststoornis:
- Is de angst overdreven en onredelijk (en dat weet de persoon ook).
- Is er sprake van vermijding en/of psychisch lijden bij blootstelling aan de angst.
- Beïnvloeden de angstklachten in hoge mate de dagelijkse bezigheden (werk, studie, sociale activiteiten en relaties).