‘Opsporing van darmkanker in een vroeg stadium is cruciaal’
Annick van Nunen
Maag-, Darm- en Leverziekten (MDL)‘Opsporing van darmkanker in een vroeg stadium is cruciaal’
Dikkedarmkanker in een vroeg stadium beperkt zich tot de binnenste lagen van de dikke darmwand en heeft daarom een lage kans op uitzaaiingen via het bloed of de lymfe. De meeste mensen krijgen pas klachten in een later stadium: namelijk als de tumor groter is en doorgegroeid in de darmwand. Er is dan een veel grotere kans op uitzaaiingen. Waarom is het zo belangrijk om dikkedarmkanker in een vroeg stadium op te sporen en hoe doen we dat? Annick van Nunen, MDL-arts legt uit.
‘In 2014 is het bevolkingsonderzoek darmkanker gestart’, legt Van Nunen uit. ‘Mannen en vrouwen tussen de 55 en 75 jaar worden iedere twee jaar uitgenodigd om mee te doen aan dit bevolkingsonderzoek. Door het onderzoek iedere twee jaar te herhalen, is de kans groot dat poliepen en kankers vroeg worden ontdekt.’
De ontlasting wordt onderzocht in een laboratorium. Zuyderland Medisch Centrum is één van de vier centra in Nederland die de analyses voor het bevolkingsonderzoek darmkanker uitvoert. De afgelopen vijf jaar zijn meer dan twee miljoen ontlastingstesten voor het bevolkingsonderzoek darmkanker bij Zuyderland uitgevoerd.
Van Nunen: ‘Het is ontzettend belangrijk om deel te nemen aan het bevolkingsonderzoek omdat dikkedarmkanker in een vroeg stadium kan worden opgespoord en we poliepen kunnen verwijderen die een kans hebben om uit te groeien tot een tumor. Als we darmkanker vinden in het bevolkingsonderzoek is dit bij twee op de drie patiënten in een vroeg stadium. Er zijn meestal nog geen uitzaaiingen naar de lymfeklieren of organen. Bij een deel van deze patiënten gaat het zelfs om de aller vroegste tumoren, de T1 carcinomen. In dat geval hoeft er zelfs niet altijd een operatie plaats te vinden en kan de tumor in geselecteerde gevallen endoscopisch (kijkoperatie) verwijderd worden.’
Van de mensen die mee hebben gedaan aan het bevolkingsonderzoek heeft 6% een positieve test. Bijna iedereen met een positieve test krijgt aanvullend een dikkedarmonderzoek (coloscopie). Bij een kwart daarvan wordt geen poliep gevonden. Een kwart heeft een kleine poliep, iets minder dan de helft heeft een of meer grote poliepen en bij ongeveer 8% wordt daadwerkelijk darmkanker gevonden. Dit zijn ‘gewone’ mensen zonder klachten, die zonder bevolkingsonderzoek niet bij de MDL-arts terecht zouden komen.
‘Zuyderland maakt voor het behandelen van kleine (< 1,5 cm) zogenaamde T1-tumoren sinds 4 jaar gebruik van de eFTR-behandeling. eFTR is een ingreep waarbij zowel de hele tumor als darmwand wordt verwijderd.’ Grotere T1-tumoren kunnen endoscopisch verwijderd worden met een mesje dat tussen de lagen van de darmwand snijdt.
‘De ambitie is enerzijds om zoveel mogelijk patiënten preventief te screenen en poliepen te verwijderen voordat het kanker wordt. Bovendien streven we naar nog betere herkenning van alle T1-tumoren zodat meer patiënten in aanmerking komen voor een orgaansparende endoscopische behandeling zodat een echte operatie voorkomen kan worden’, besluit de MDL-arts.